Identiteit, wat eigen is aan een persoon, is hot. VPRO's Tegenlicht heeft er een serie van 7 afleveringen aan gewijd. De WRR schreef een rapport (Identificatie met Nederland) om de band met Nederland te versterken. Een Argentijnse allochtoon was op zoek naar de Nederlandse identiteit, maar kon die niet vinden.
Identiteit heeft verschillende kanten - persoonlijke en sociale. Eerst mijn persoonlijke. Ik ben een AdopKo - geadopteerde Koreaan. Ik voel me vooral Nederlands en Koreaans. Tot mijn vierde leefde ik in Korea. Ik heb daarna nog een jaar in Korea gewoond. Ik zie er Koreaans uit, maar als men Koreaans met me wil spreken val ik door de mand. Een PolderKoreaan dus. Tijdens een wedstrijd voetbal ben ik voor zowel Oranje als de Red Devils. Als ze tegen elkaar spelen, ben ik voor beide. Ik eet boerenkool en kimchi - maar niet tegelijkertijd.
Hoe zit het met online identiteit? Mijn virtuele identiteit heeft genoeg vrienden op Hyves, connections op LinkedIn en friends op Facebook. For what it's worth... Het interessante van deze websites vind ik dat de groepen waar je lid van bent je identiteit bepalen. Wie je bent. Wat je doet. Dat deze combinaties je uniek maken. Maar ook dat je ergens bij hoort.
Mijn familie, vrienden en werkomgeving zijn verbonden met mijn sociale identiteit. In hoeverre bepaalt mijn carrière mij? Carp noemt de generatie twintigers Mixers. Die willen goed contact met familie & vrienden, een carrière en zelfontplooing. En vooral balans daarin vinden. Hmm, herkenbaar.
De Intermediair zegt streng dat deze generatie lui en verwend is. Omdat "we" alles tegelijk willen. Lui? Ja, werkweken van 80 uur kan ik mij niet voorstellen. Verwend? Tegenwoordig is er gewoon veel mogelijk. In het buitenland studeren en werken, bijvoorbeeld. Waarom zou ik daar geen gebruik van maken?
Volgens Richard Layard, een econoom die onderzoek deed naar geluk, is een gezonde samenleving belangrijk. Keuzes kunnen maken verhoogt het welzijn. En elkaar helpen. De winst? Gelukkig zijn kost de overheid minder geld.
Ach, het hoeft van mij niet allemaal tegelijk. Een beetje afwisseling is ook prettig. Wat belangrijk is hoe ik me ergens bij voel. Koreanen noemen dat gibun, 기분. Het woordenboek vertaald dat als: feeling, sentiment, humor, mood, state of mind.
Ik blog, dus ik ben!
Binnenkort verschijnt de zoekmachine ook op je mobiel. Het is voor het eerst dat Google zich gaat richten op mobiele telefonie, het nieuwe medium. In Korea experimenteert Google al met mobiele advertenties. Wat is een medium? (In het Latijn: in het midden.) Volgens de Van Dale:
me·di·um1 (het ~) 1 (media) middel, instrument om informatie openbaar te maken, bv. krant, radio, televisie

Je kan dus via de krant, radio en televisie in één keer veel mensen bereiken. Vandaar dat het ook vaak massamedia wordt genoemd. Naast deze ouderwetse media kun je ook informatie opvragen op het Internet en op je mobiele telefoon. En, publiceren via deze media. Het Internet kenmerkt zich vooral door de 1-op-1 verhouding tussen degene die publiceert en degene die consumeert. Het publiek, in marketing termen je doelgroep, is namelijk versnipperd. Keek men vroeger massaal naar het 8-uur journaal, tegenwoordig zijn er diverse manieren om het nieuws te volgen (op TV, met podcasts of via RSS). Bovendien is er meer tweerichtingsverkeer - je hebt als gebruiker invloed op de inhoud.
Voor adverteerders was het interessant om bij zoveel mogelijk mensen tegelijkertijd reclame te maken voor je produkt. Maar is dat nu nog wel zo effectief? Als ik reclame zie voor wasmiddelen, ren ik niet gelijk naar de winkel om het te kopen. Als ik in Google "LG Shine" intik, ben ik veel meer geneigd dit produkt aan te schaffen. Daarnaast kun je direct zien wat het rendement is van advertenties op Google, door conversies te meten.
Vandaar dat Google dan ook het meeste verdient aan relevante reclame die getoond wordt bij de verwante zoekresultaten. Dit programma (gesponsorde koppelingen) heet AdWords. Naast een goede zoekmachine is Google dus vooral een media bedrijf (als de STER of IP van het Internet) die advertenties verkoopt!
Waarom mengt Google zich dan in de strijd om de gunst van de mobiele gebruiker? De invloed van dit medium zal evenredig toenemen met de snelheid. Kijk maar in Azië, waar men massaal mobiel internet, TV kijkt en shopt. Niet voor niets heeft men daar al supersnelle netwerken. Je kan alleen maar fantaseren wat er ons nog te wachten staat.
Wat zou het cool zijn rond te lopen in een stad en je mobiel te gebruiken om je te leiden naar de plek die je zoekt. De bioscoop, café of station die je zoekt, maar niet kan vinden! Het enige wat toestellen nog nodig hebben is GPS. Zodat je mobiel je plaats kan bepalen. Helaas heeft de iPhone dat nog niet, misschien dat Google met Android die ons gaat brengen!
Het is makkelijk voor te stellen. Zie dit voor je. Je loopt op straat. Te laat voor je afspraak. Totaal gedesoriënteerd. Wanhopig! (Is je vast wel eens overkomen? Niet erg, je bent op een plek waar je nog niet bent geweest.) Je haalt je mobiel tevoorschijn. Je opent de kaart. De plek waar jij je op dat moment bevindt opent zich in 3D, zoals met Google Earth. Je tikt je bestemming, "Stadhuis Amsterdam" in en de route verschijnt. Met herkenningspunten (Muziektheater, de Amstel, Waterlooplein) ook al ben je lopend, met de fiets of de metro. Daarnaast zie je op je scherm advertenties van concerten en nog wat restaurants met de laatste aanbiedingen. Redding!
Ontwikkelingen hier naar toe zijn er al. De steden Amsterdam, Rotterdam en Groningen zijn gedigitaliseerd. Koud kunstje om het digitale Waterlooplein te vullen met echte instanties en bedrijven.
Google heerst op het Internet. Het verdient een fortuin met het verkopen van tekstadvertenties op het Internet. Wordt het ook het middelpunt van de mobiele communicatie?